Nederlandse marketeers: geen haast met AI
Datagedreven marketeers in Nederland herkennen de opkomst van AI in hun vak, maar kijken de ontwikkelingen nog aan. Nog niet de helft is er serieus mee bezig.
Veertig procent denkt dat nieuwe technologie functies en expertises uit hun marketingteam zullen verdrijven, maar zestig procent dus niet.
Op de lijst met belangrijke marketingthema’s scoort de opkomst van kunstmatige intelligentie het laagst, zo laat de DDMA Barometer 2023 zien. AI/automatisering staat onder bijvoorbeeld duurzaamheidsstreven, diversiteitsbeleid en het uitdragen van purpose van de organisatie.
Het lijkt erop dat de daadwerkelijke implementatie ervan niet vanzelfsprekend is en nog maar zelden voorkomt. Slechts veertien procent van de organisaties behandelt dit onderwerp actief binnen de organisatie, maar niet binnen de marketingteams. Bij 24 procent van de organisaties speelt het thema zich uitsluitend af binnen de marketingteams en bij 25 procent van de organisaties is het relevant voor beide aspecten van de organisatie. Opmerkelijk genoeg speelt AI bij 26 procent van de organisaties helemaal geen rol.
“Bovendien zijn de verwachtingen ten aanzien van de impact van AI op het vakgebied van marketeers ook niet hooggespannen”, aldus belangen- en kennisorganisatie DDMA.
“Ondanks de snelle ontwikkelingen verwacht slechts 22% van de organisaties dat marketing-gerelateerde functies gaan veranderen in de toekomst. Functies die volgens hen in de toekomst belangrijker gaan worden zijn onder meer de AI-specialist, data analist, digital marketing-specialist en functies gerelateerd aan maatschappelijke verantwoording.”
De houding van de Nederlandse marketeers verraadt weinig toekomstgerichtheid. Kunstmatige intelligentie gaat namelijk komende jaren en decennia het werk van miljarden mensen veranderen. Adviesbureau McKinsey althans denkt dat 70 procent van werknemers de helft van zijn taken kan laten automatiseren. Zeker marketeers moeten hun borst nat maken, retailers juist niet.