Klantdata doorverkopen voor direct marketing mag soms
Advocaat Martijn Poulus geeft uitleg over het besluit van de hoogste EU-rechter.
Het verkopen van klantgegevens aan commerciële bedrijven voor directmarketingdoeleinden is onder omstandigheden toegestaan onder de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Die uitspraak heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie gedaan in een langlopende zaak van de Koninklijke Nederlandse Lawn Tennisbond (KNLTB), die de gegevens van 350 duizend leden verkocht aan een tenniswinkel en Nederlandse Loterij Organisatie.
De KNLTB verkocht de data van zijn leden alweer in 2018, waarna twee bedrijven (sponsoren van de tennisbond) toegang kregen tot uiteenlopende informatie. De ene sponsor ontving de adressen van 50 duizend leden, waar de andere sponsor naast adresgegevens ook telefoonnummers, geboortedata en e-mailadressen in handen kreeg. Tienduizenden leden werden daadwerkelijk via post of telefoon benaderd met commerciële aanbiedingen voor tennisproducten en loterijen. Na klachten van leden bij de KNLTB stopten de sponsoren hiermee en startte de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) een onderzoek. In 2020 besloot de AP dat de KNLTB de AVG heeft overtreden door zonder ‘gerechtvaardigd belang’ klantgegevens door te verkopen.
‘Goed nieuws voor de marketingindustrie’
Omdat de KNLTB zich niet kon vinden in dat oordeel en de boete van 525 duizend euro, tekende de bond bij de rechtbank van Amsterdam beroep aan tegen het besluit van de AP. Vier jaar later heeft die route geleid tot een uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie, de hoogste rechter van de EU. En die uitspraak is een opsteker voor de tennisbond, want het hof oordeelt dat een uitsluitend commercieel belang een gerechtvaardigd belang kan zijn. Een heel ander oordeel dan de AP, die al jaren volhoudt dat ‘direct marketing nooit een gerechtvaardigd belang kan zijn.’
De uitspraak van het hof is in algemene zin goed nieuws voor de marketingindustrie, zegt Martijn Poulus. Hij is privacyrechtadvocaat gespecialiseerd in marketing en reclame bij The Data Laywers. ‘Het hof is kristalhelder in het arrest: een commercieel belang kan een gerechtvaardigd belang zijn om persoonsgegevens te verwerken. Organisaties hoeven zich over dat punt dus geen zorgen meer te maken, nadat de AP vijf jaar lang heeft volgehouden dat het verwerken van persoonsgegevens voor uitsluitend commerciële belangen in strijd zou zijn met de AVG. Dat kan iedereen nu vergeten. Organisaties kunnen zich nu richten op de vraag hoe zij direct marketing op grond van hun gerechtvaardigde belang willen en kunnen inzetten.’
Organisaties kunnen zich nu richten op de vraag hoe zij direct marketing op grond van hun gerechtvaardigde belang willen en kunnen inzetten
Advocaat Martijn Poulus
Amsterdamse rechtbank aan zet
Want hoewel het hof aangeeft dat direct marketing een gerechtvaardigd belang kán zijn, wil dit niet zeggen dat een beroep op de verwerkingsgrondslag ‘gerechtvaardigd belang’ altijd mogelijk is. Het blijft belangrijk om aan alle vereisten te voldoen. Dat zijn onder andere het vooraf goed informeren van betrokkenen (klanten) over de voorgenomen dataverkoop, het aanbieden van een opt-out voor wie het niet eens is met de dataverkoop en verwachtingsmanagement. Dat laatste wil zeggen of klanten kunnen verwachten dat een organisatie hun gegevens wil doorspelen aan andere partijen.
Of de KNLTB aan al die vereisten voldaan heeft, is niet aan het hof. Op basis van de uitleg van het hof gaat de zaak nu verder bij de rechtbank Amsterdam. De tennisbond zegt leden vooraf via nieuwsbrieven en zijn website geattendeerd te hebben op de voorgenomen dataverkoop en ook goedkeuring te hebben gekregen van de algemene ledenvergadering. Advocaat Poulus: ‘De rechtbank Amsterdam gaat nu beoordelen of het commerciële belang van de KNLTB zwaarder weegt dan het privacybelang van de KNLTB-leden.’
En nu?
De KNLTB zegt zelf dat de dataverkoop naast extra inkomsten voor de bond ‘meerwaarde creëert voor het lidmaatschap’, een mening die niet gedeeld wordt door alle tennissers die ongevraagd gebeld zijn met loterijaanbiedingen.
En nu? ‘Het arrest van het hof is heel helder’, stelt Poulus. ‘De Autoriteit Persoonsgegevens blijkt het al die tijd aan het verkeerde eind te hebben gehad: het categorisch uitsluiten van een commercieel belang als gerechtvaardigd belang is niet in lijn met de AVG. Het is nu afwachten wat de rechtbank Amsterdam gaat beslissen in de KNLTB-zaak. Direct marketing mag dus op grond van een gerechtvaardigd belang en zonder toestemming, maar alleen als ook andere waarborgen worden ingebouwd, zoals vooraf informeren en het bieden van een opt-out-mogelijkheid.’